Wanneer is iets nu beeldende kunst en wat hebben we eraan?
En wanneer is het eigenlijk decoratie, illustratie of design? Zonder de toevoeging ‘kunst’? Hoe herkennen we de grijze overgangsgebieden tussen deze aanduidingen?
Omdat tegenwoordig zo’n beetje alles wat vorm en kleur heeft kunst genoemd wordt, lijkt het mij zinvol hier enig onderscheid in aan te geven en te komen tot een zorgvuldiger beeld van het begrip kunst.
De willekeur waarmee het woord gebruikt wordt lijkt onschuldig en onbelangrijk. ‘So what’?
Onbewust verliest men echter uit het oog dat willekeur leidt tot onverschilligheid en gebrek aan betrokkenheid. Het werkt onwetendheid en onbegrip in de hand, wat vervolgens het ontdekken van nieuwe inzichten belemmert.
Men wordt zelfs wantrouwend tegenover kunst. En dat terwijl kunst juist in positieve zin integraal onderdeel zou kunnen en moeten zijn van een evenwichtige samenleving.
Incompetente politici noemen het in hun kortzichtigheid een linkse hobby. Gemeentebesturen doen het onbenullig af als stadsversiering en laten het over aan de betalende directeur van een plaatselijke onderneming. Ook hier onwetendheid en misplaatste bezuiniging.
De veelvuldig te horen verontwaardigde uitroep ‘is dit nu kunst’, of ‘dit kan mijn kleine zusje ook’ ontstaat mede door deze willekeur in de omgang met het begrip. Als je een kunstwerk alleen maar ziet als decoratie mis je de werkelijke waarde van het werk en kom je misschien niet verder dan de povere constatering ‘dat je het niet zo mooi vindt’.
De vraag is dan ook wat erger is, een kunstwerk vanuit onwetendheid slechts zien als decoratieve vorm of een decoratief werk vanuit snobisme kunst noemen?
Als we alles kunst noemen, is het allemaal wel goed of allemaal fout, wie zal het zeggen? We weten geen criteria meer te benoemen waarmee we een kunstwerk kunnen onderscheiden van de overige soorten van vormgeving.
Eigenlijk hebben we geen idee waar we het over hebben en noemen zo ‘voor het gemak’ maar alles kunst…
Een inhoudsloos en triviaal ‘ik vind het mooi of niet mooi’ blijft over.
We gaan hiermee volledig voorbij aan het eigenlijke belang van kunst in de samenleving.
Dat dit niet wenselijk is en we met deze onverschilligheid de gehele kunsthistorie in het algemeen en de kunst als wezenlijk kenmerk van de mens in het bijzonder pijnlijk tekort doen moge duidelijk zijn.
We noemen toch ook niet iedereen met een witte jas aan slager, iedereen met een ketting om burgemeester of iedereen met een uniform generaal….